In memoriam Wilfried Uitterhoeve (1944-2020)

In memoriam Wilfried Uitterhoeve (1944-2020)

Dat uitgeverij SUN vanaf midden jaren tachtig tot 2000 haar gloriejaren beleefde als zelfstandige kwaliteitsuitgeverij op (met name) non-fictiegebied, schrijven we voor een groot deel bij op het palmares van haar twee toenmalige fondsredacteuren: Henk Hoeks (overleden 29 januari 2017) en Wilfried Uitterhoeve (overleden 20 april j.l.). Zij waren immers verantwoordelijk voor de acquisitie van auteurs en titels en het opzetten van nieuwe projecten, en daarmee bepaalden ze het profiel en het ‘gezicht’ van de uitgeverij.

Van de twee wordt laatstgenoemde, naar mij voorkomt, als redacteur het minst geassocieerd met de SUN. In alle geval trad hij het minst op de voorgrond. Voor een deel heeft dat ermee te maken dat Wilfried Uitterhoeve pas in 1987 de SUN-gelederen weer kwam versterken, na een afwezigheid van enkele jaren. Henk Hoeks was een permanente aanwezigheid. Ook persoonlijkheden en karaktereigenschappen spelen hier ongetwijfeld een rol. Henk Hoeks vereenzelvigde zich met de SUN. Hij was aanwezig, luidruchtig, graag in gezelschap, een gretige prater en een uitstekend en geanimeerd conversator. Wilfried Uitterhoeve was veel ingetogener, ongeduldig ook, geen man van de koetjes en kalfjes en de smalltalk. Eerder iemand die in het voorbijgaan één krachtige opmerking maakte, dan iemand die er eens goed voor ging zitten.

Toch mag het belang van Wilfried voor de SUN beslist niet worden onderschat. De door hem geïnitieerde uitgeefprojecten hebben in belangrijke mate een economisch stabiele basis gelegd voor de uitgeverij. Ik wil er twee in het bijzonder uitlichten. Allereerst de monumentale A-Z-reeks, encyclopedische naslagwerken uit de nadagen van het pre-internettijdperk, waarin het voortleven in de kunsten van personages, thema’s en motieven uit de klassieke, Germaanse en middeleeuwse geschiedenis en mythologie, de Bijbel, de heiligenlevens en zo voort zijn samengebracht. Samen met Eric M. Moormann nam Wilfried zelf twee delen voor zijn rekening: Van Achilleus tot Zeus. Thema’s uit de klassieke mythologie in literatuur, muziek, beeldende kunst en theater, en Van Alexandros tot Zenobia. Thema’s uit de klassieke mythologie in literatuur, muziek, beeldende kunst en theater. Deze succesvolle publicaties geven blijk van de fenomenale eruditie van Wilfried. En Wilfried trad hier dus ook zelf op als auteur – weer een verschil met Henk Hoeks, die wel als vertaler actief was (de ultiemste oefening in geduld in de boekenwereld (Wilfried vertaalde niet)), maar zelf geen boeken schreef.

Ten tweede is Wilfried de uitvinder van het genre van succesvolle onderzoeksjournalistieke boeken over het bedrijfsleven. Denk hier aan het spraakmakende eerste boek van Marcel Metze over Philips, Kortsluiting. Hoe Philips zijn talenten verspilde (1991), of Barbara Smits Heineken. Een leven in de brouwerij (1997). Ook het boek van Marcel Metze over de val van het CDA in de jaren ’90, De stranding (1995), moet in dit verband worden genoemd.

Zeker in de A-Z-reeks manifesteert zich een centrale kwaliteit van Wilfried als redacteur: ik heb nooit iemand aan het werk gezien die beter formats en structuren van boeken kon uitdenken. Ook hierin valt het verschil met Henk Hoeks op. Deze was een geweldige tekstredacteur die manuscripten zin voor zin nalas en als fondsredacteur zelf tot op de letter en het leesteken redigeerde (sowieso al een zeldzaamheid in het uitgeefbedrijf), maar dat was Wilfried nu juist weer niet. Maar hij kon als geen ander ordening aanbrengen en structureren.

Het vermogen om materiaal te ordenen zien we ook in Wilfrieds eigen boeken terug. In 2000 nam hij afscheid van SUN, om zelf onderzoek te gaan doen en te schrijven. Ofschoon hij jurist was van opleiding, maakte hij naam met zijn boeken over geschiedenis. Ook als auteur was Wilfried Uitterhoeve iemand die met het grootste gemak grote hoeveelheden informatie kon verwerken en daar met een zeldzaam precies en goed gevoel de kern uit kon halen. Het verhaal kwam uit die ordening tevoorschijn. Als schrijver bleef hij redacteur. We zien dit goed terug in zijn naar mijn idee drie belangrijkste boeken, die ik bij Vantilt mocht uitgeven.

Allereerst zijn biografie van generaal Cornelis Kraijenhoff uit 2009, die op de shortlist terechtkwam van de Grote Geschiedenisprijs, zoals de voorloper van de Libris Geschiedenisprijs heette (het was tevens zijn proefschrift). Dat is niet in de laatste plaats een fenomenaal boek, omdat Wilfried het duizelingwekkende leven van duizendpoot Kraijenhoff tot handzame proporties wist terug te brengen.

Ten tweede 1813 – Haagse Bluf. De korte chaos van de vrijwording (2013), over de geleidelijke terugtrekking van de Franse troepen uit Nederland aan het einde van 1813. Wilfried ging voor 24 steden na hoe dit proces zich voltrok en hoe het nieuwe gezag werd gevestigd.

En tot slot zijn boek over De zaak Oldenbarnevelt. Val, proces, executie (2019), waarin hij het proces tegen Johan van Oldenbarnevelt secuur ontleedt en beschrijft, en voorziet van een epiloog met enkele trefzekere nabeschouwingen. Het werd hét boek van het Oldenbarnevelt-jaar 2019.

Wilfried overleed op 20 april j.l. in het ziekenhuis van Avignon aan de gevolgen van een infectie met het Covid 19-virus. Hij wordt gemist om zijn eruditie, zijn bezoekjes aan de uitgeverij, zijn snelheid van begrip, zijn altijd waardevolle redactionele adviezen, en de opmerkelijke discrepantie tussen zijn enerzijds dikwijls zeer zakelijk aandoende mailtjes en anderzijds zijn licht-ironische optreden en twinkelende oogopslag, en zijn unieke manier om van zijn affectie blijk te geven: Wilfried legde dan een hand op je wang.

 

Marc Beerens