Darwins kleinkinderen
De evolutieleer in België
De evolutieleer geldt vaak als een welomlijnde doctrine uit één boek: Charles Darwins The Origin of Species (1859). Maar al vóór verschijning circuleerden er uiteenlopende evolutionaire opvattingen en ook na de publicatie van Darwins meesterwerk bleef eensgezindheid uit. De evolutieleer bleek een kluwen van concurrerende theorieën met elk hun eigen logica en verborgen agenda’s. Heftig discussieerden Darwins intellectuele nazaten over de erfenis van hun grootvader.
Raf de Bont bestudeert die debatten met het oog op de Belgische geschiedenis van de late negentiende en vroege twintigste eeuw. Hoe gaven wetenschappers en intellectuelen de evolutieleer voortdurend opnieuw vorm? Wat waren hun specifieke disciplines en lokale onderzoekstradities, hun ideologische overtuigingen en persoonlijke achtergronden?
Darwins kleinkinderen is het verhaal van socialistische biologen enlaissez faire-kapitalisten, van wetenschappelijk geïnteresseerde romanciers en godvrezende geologen, van utopistische pedagogen en twistzieke museumconservators, van dwepende paladijnen en dwarse recensenten. De Bont schreef de biografie van een roerige familie, waarvan elk lid vocht om te overleven.